Des te langer je baard wordt, des te dunner de onderzijde. Dit wordt veroorzaakt, doordat sommige haren de terminale lengte bereikt hebben en uitvallen. De haren, die hun plaats innemen hebben niet direct dezelfde lengte, dus een baard bestaat uit een verzameling haren van diverse niveaus. Door de onderzijde te knippen kunnen de kortere haren een inhaalslag maken en toont de baard voller.
Een vorkbaard, die je trouwens niet hebt, ontstaat, doordat een baard eigenlijk helemaal niet bestaat, maar eigenlijk twee tegen elkaar groeiende bakkebaarden zijn. De kinharen zijn altijd iets korter, maar hoe meer geluk je hebt, hoe langer deze verbindingsharen groeien en hoe langere baard je kunt kweken.
De ronsel, oftewel de haren op de onderlip, zijn een andere soort haren, die gewoon korter zijn, dan de wangharen. Diverse haargroepen worden genetisch bepaald gewoon niet extreem lang en dat is prettig, anders zouden je wenkbrauwen op je schouders hangen, je armharen uit je mouwen krullen en haren van de lagere regionen onder je broekspijpen vandaan komen.